Corona en de nakoming van commerciële contracten. Overmacht, reden tot aanpassing of ondernemersrisico?

Het coronavirus houdt de gemoederen flink bezig. In zijn toespraak op maandag 16 maart 2020 gaf Mark Rutte aan dat de realiteit is dat de komende tijd een groot deel van de Nederlandse bevolking besmet zal raken met het virus. Alleen al om die reden is het te hopen dat door de getroffen maatregelen het coronavirus binnen de perken blijft. Daarnaast stond Mark Rutte stil bij het feit dat de corona-crisis ook forse economische gevolgen heeft. Dagelijks bereiken ons berichten dat ondernemers hun deuren tijdelijk moeten sluiten, dat opdrachten, bestellingen en orders worden geannuleerd of dat bedrijven niet meer in staat zijn om te leveren. Hierdoor kunnen verschillende partijen ineens niet meer voldoen aan hun verplichtingen uit commerciële contracten. Wat zijn daar de consequenties van? Kan men ook ten tijde van de coronacrisis gedwongen worden die contractuele verplichtingen onverminderd na te komen? Of is er, gezien deze bijzondere omstandigheden, een uitweg?

31 mrt. 2020

Hoofdregel: nakoming van contracten

Het uitgangspunt is dat gemaakte afspraken in contracten moeten worden nagekomen. Indien een partij afspraken of verplichtingen uit het contract niet nakomt, dan pleegt hij in beginsel wanprestatie. Denk bijvoorbeeld aan een distributeur van speelgoed die door het coronavirus geen leveringen vanuit Chinese fabrieken meer ontvangt. Hij kan daardoor niet meer aan zijn klanten leveren en schendt derhalve de met zijn klanten gemaakte contractuele afspraken. Of de bloemenveiling die door teruglopende verkopen minder wil gaan inkopen bij de vaste bloementelers dan het contractueel afgesproken minimum. In deze voorbeelden plegen de distributeur en de bloemenveiling in principe wanprestatie. Indien zij door deze wanprestatie in verzuim raken, kan de andere partij bijvoorbeeld een schadevergoeding eisen, zijn eigen verplichtingen opschorten tot de wanprestatie is beëindigd of zelfs het contract ontbinden.

Beroep op overmacht vanwege corona?

Het wettelijk uitgangspunt dat contracten te allen tijde moeten worden nagekomen is echter niet in alle omstandigheden billijk. Soms kan er sprake zijn van overmacht. De tekortkoming in de nakoming van de contractuele afspraken valt dan de betreffende partij niet toe te rekenen. In geval van overmacht hoeft de niet-nakomende partij in beginsel bijvoorbeeld geen schadevergoeding te betalen.

Valt de uitbraak van het coronavirus dan ook onder overmacht? Dat zou kunnen. Dit is echter afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval. Zijn bijvoorbeeld overheidsmaatregelen tegen het coronavirus de oorzaak van de niet-nakoming van contractuele verplichtingen? In dat geval zal er in de regel sprake zijn van overmacht. Denk bijvoorbeeld aan de speelgoeddistributeur die geen nieuwe voorraden meer krijgt van Chinese fabrikanten als gevolg van een importverbod. Dat deze distributeur daardoor geen speelgoed meer kan leveren aan zijn klanten, zal in de regel aan te merken zijn als overmacht. Overigens geldt dit tenzij importverboden in het contract zouden zijn aangemerkt als niet onder overmacht vallende omstandigheden, ongeacht of het importverbod door het coronavirus komt of niet.

Het is echter ook denkbaar dat sommige omstandigheden niet als overmacht worden aangemerkt. Denk bijvoorbeeld aan een als gevolg van het coronavirus teruglopende vraag naar een bepaald product in de markt. Indien de bloemenveiling een minimale afnameverplichting met de bloementelers is overeengekomen, dan behoort een teruglopende vraag, waardoor deze afnameverplichting niet kan worden behaald, mogelijk tot het normale ondernemersrisico van deze bloemenveiling. Als dat het geval is, is er mogelijk geen sprake van overmacht.

Kortom, of de uitbraak van het coronavirus een overmachtssituatie is die niet-nakoming van verplichtingen rechtvaardigt, is afhankelijk van de specifieke situatie. In de praktijk regelen partijen vaak in het contract welke situaties zij wel of niet als overmacht zien. In contracten worden dan afspraken vastgelegd over de omstandigheden die zij als overmacht aanmerken en welke remedies partijen in dat geval hebben. Deze afspraken zijn aanvullend (en mogelijk afwijkend) op het hiervoor beschreven wettelijk kader van overmacht.

Het coronavirus als onvoorziene omstandigheid?

Na het sluiten van het contract kunnen er zich omstandigheden voordoen waarmee partijen geen rekening hebben gehouden toen zij het contract tekenden. Partijen zullen bij het sluiten van het contract geen rekening hebben gehouden met de uitbraak van het coronavirus en de verstrekkende gevolgen daarvan. Het kan dan onder omstandigheden onbillijk zijn dat partijen de contractuele afspraken onverkort zouden moeten (blijven) nakomen. Partijen kunnen in een dergelijk geval mogelijk een beroep doen op het leerstuk van ‘onvoorziene omstandigheden’. De wet voorziet namelijk in de mogelijkheid om het contract – geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk – door de rechter te laten wijzigen of ontbinden.

Het contract kan echter niet zomaar wegens een onvoorziene omstandigheid worden gewijzigd of ontbonden. De onvoorziene omstandigheid moet namelijk ook zodanig zijn dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid de (ongewijzigde) instandhouding van het contract redelijkerwijs niet kan worden verwacht. Daarvan is volgens vaste rechtspraak niet snel sprake. Ofwel, het enkele feit dat het coronavirus is uitgebroken, betekent niet zonder meer dat een beroep op onvoorziene omstandigheden zal slagen. Het gaat om de vraag of het coronavirus met zich meebrengt dat de (ongewijzigde) instandhouding van het contract in dit specifieke geval nog wel redelijk en billijk is. Ook hier geldt: in sommige gevallen behoort de onvoorziene omstandigheid tot het ondernemersrisico. Een economische crisis wordt bijvoorbeeld ook vaak gerekend tot het normale ondernemersrisico.

Het moet gaan om een omstandigheid die ten tijde van het sluiten van het contract nog in de toekomst lag, die redelijkerwijs niet voorzienbaar was en waar aldus geen voorziening in het contract voor is opgenomen. Of een beroep op onvoorziene omstandigheden kans van slagen heeft is dan ook afhankelijk van de specifieke situatie. De concrete gevolgen van het coronavirus voor de betreffende partijen, de aard van de te leveren diensten of producten en de gemaakte contractuele afspraken spelen daarbij een rol.

Nieuwe offertes en contracten tijdens uitbraak coronavirus

Ondanks de coronacrisis blijven de meeste bedrijven gelukkig gewoon doordraaien. Daarbij worden nieuwe offertes uitgebracht en nieuwe contracten gesloten. Maar: partijen dienen daarbij – met de wetenschap van nu – wèl rekening te houden met de mogelijke (toekomstige) gevolgen van de coronacrisis. Zij zijn nu immers bekend met de uitbraak van dit virus, de verstrekkende gevolgen daarvan, maar ook met het risico dat er nog meer en strengere maatregelen komen die maken dat partijen hun afspraken mogelijk niet of niet tijdig kunnen nakomen. Daarom zal bij nieuwe offertes en contracten achteraf een beroep op eventuele overmacht en/of onvoorziene omstandigheden vanwege de coronacrisis, mogelijk niet opgaan. Wat kunt u daarvoor regelen?

Het is voor contractspartijen raadzaam om met het oog op de mogelijke toekomstige gevolgen van de coronacrisis, nu alvast goede afspraken vast te leggen in nieuwe offertes en/of contracten. Denk daarbij bijvoorbeeld aan afspraken over welke specifieke omstandigheden door partijen wel of niet onder het begrip ‘overmacht’ worden geschaard. Óf in welke omstandigheden opschorting van contractuele verplichtingen mogelijk is. In welke omstandigheden hoeven contractuele verplichtingen helemaal niet te worden nagekomen? Hoe gaan we in die situaties om met de betalingsverplichting of de prijs? Wie draagt het risico – en daarmee de aansprakelijkheid – van de snel veranderende omstandigheden? Kortom: denk na over potentiële omstandigheden waarvan het ontstaan niet op voorhand uit te sluiten is en probeer de mogelijke gevolgen daarvan en de risico’s die dit met zich meebrengt, zo goed mogelijk te omschrijven in het contract, waarbij recht wordt gedaan aan de belangen van beide partijen.

Afronding

Dat de coronacrisis naast een enorme maatschappelijke impact ook forse economische gevolgen heeft moge duidelijk zijn. Desondanks blijft de hoofdregel dat gemaakte contractuele afspraken moeten worden nagekomen, tenzij in specifieke gevallen een beroep kan worden gedaan op overmacht of onvoorziene omstandigheden. De uitbraak van het coronavirus geeft dus niet zonder meer een reden om onder de nakoming van contractuele afspraken uit te komen. In voorkomend geval lichten wij u graag toe hoe dat in uw situatie zit.

Het is overigens niet ondenkbaar dat in deze coronacrisis verschillende bedrijven zich schappelijk zullen opstellen. Het is daarom aan te raden om eerst met de andere partij te overleggen over de consequenties van het coronavirus voor de uitvoering van de overeenkomst. Wellicht staat die andere partij open voor (her)onderhandeling over de afspraken in het contract, de (tijdelijke) opschorting van verplichtingen of – in het uiterste geval – voor beëindiging van het contract. Mocht dat het geval zijn, dan denken wij graag met u mee over het vastleggen van die afspraken.

Meer informatie? Neemt u gerust contact met ons op.