Rik Groteboer 29 aug. 2025

Controversieel voorstel wijziging Archiefwet om CABR digitaal openbaar te maken: wat betekent dit voor het overheidsarchief?

Overheidsinformatie is op grond van wetten zoals de Wet open overheid of de Archiefwet (na 20 jaar) in principe openbaar. Maar niet altijd. Bevat een archiefstuk bijvoorbeeld gegevens die de persoonlijke levenssfeer raken? Dan kan het zijn dat openbaarheid voor dat archiefstuk tijdelijk (nu vaak 75 jaar, bij de nieuwe archiefwet waarschijnlijk 110 jaar) beperkt wordt . Als er persoonsgegevens in een archief zitten moeten archieven bovendien ook voldoen aan de strenge eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Uiteindelijk is het aan de archivaris om bij een verzoek om inzage van archiefdocumenten te beoordelen of deze ingezien mogen worden. De beoordeling of een stuk openbaar mag worden gemaakt, of juist niet vanwege een inbreuk op gegevensbescherming, is soms een ingewikkelde afweging. 

Het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR)

Hoe zeer de belangen van openbaarheid en privacy uiteen kunnen lopen, blijkt uit de recente ophef over het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR). Met 500.000 dossiers over verdachten, slachtoffers en rechtspleging in/na de Tweede Wereldoorlog, betreft dit het grootste oorlogsarchief van Nederland. Het archief noemt onder andere namen van mensen die verdacht werden van collaboratie met de bezetter. Ze bevatten daarmee ook strafrechtelijke gegevens. De informatie in het archief is daarom zeer uniek, maar ook gevoelig. Online kan men zoeken op naam, waarna blijkt of deze persoon in het archief voorkomt. Men heeft dan nog geen toegang tot zijn dossier; daarvoor moet die persoon eerst een verzoek doen. Dat ziet het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) liever anders.

Openbaarheid CABR, of toch niet…?

Na 75 jaar is op 1 januari 2025 de wettelijke openbaarmakingsbeperking op het CABR komen te vervallen. De minister van OCW zag daardoor mogelijkheid om het CABR voor iedereen digitaal toegankelijk te maken. De Autoriteit Persoonsgegevens (de AP) trok echter aan de bel vanwege privacyrisico’s. Kort gezegd stelde zij dat de wet op dit moment geen grondslag bood om de persoonsgegevens in het CABR openbaar en digitaal doorzoekbaar te maken. 

De minister van OCW kwam na deze waarschuwing van de AP met een voorstel tot wijziging van de Archiefwet om openbaarheid te garanderen. Daarmee werd voorzien in een wettelijke grondslag voor openbaarheid. Alleen beschermt dit voorstel de privacy volgens de AP ook onvoldoende.  

Op dit moment is nog onduidelijk wat het ministerie van OCW met het wetsvoorstel en het CABR gaat doen. Als tijdelijke ‘noodoplossing’ hebben ze sinds 1 juli 2025 het archief toegankelijk gemaakt op locatie, op aanvraag. 

Waarom is openbaarheid van het CABR een probleem?

De problematiek rond het CABR is terug te brengen tot twee beginselen die in de grondwet zijn verankerd: enerzijds de openbaar- en toegankelijkheid van overheidsinformatie, en anderzijds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Hoe uit zich dit in deze kwestie?

Openbaarheid vs. gegevensbescherming 

Aan de ene kant hecht de overheid veel waarde aan de openbaarheid van de informatie die in het CABR besloten ligt. Deze informatie kan namelijk op veel manieren worden hergebruikt, bijvoorbeeld voor de wetenschap en het onderwijs. Nabestaanden van oorlogsslachtoffers hebben ook een persoonlijk belang bij openbaarheid zodat ze informatie kunnen inwinnen over de levens van hun voorouders. Bovendien is er ook een algemeen maatschappelijk belang voor openbaarheid. De informatie binnen het CABR kan inzicht geven in hoe Nederland heeft gehandeld in oorlogstijd. 

Daar staat tegenover dat, hoewel de meeste personen waarvan dossiers zijn gemaakt reeds zijn overleden, in het CABR ook persoonsgegevens van nabestaanden voorkomen. Deze gegevens hangen bovendien nauw samen met strafrechtelijke procedures. Volgens de wet mogen zulke gegevens slechts worden openbaargemaakt als de wet daar expliciet de mogelijkheid toe geeft. Daarnaast zijn er ook vraagtekens bij de wijze van openbaarmaking. Als het CABR volledig digitaal openbaar wordt gemaakt, is het gemakkelijk om gegevens te kopiëren, te delen en op te zoeken. Tegenwoordig kan middels AI en Big Data veel meer informatie uit gegevens worden gehaald dan op het eerste oog gedacht. Openbaarmaking kan daarom privacyrisico’s opleveren voor de nabestaanden die in de dossiers voorkomen. 

Wat houdt het wijzigingsvoorstel Archiefwet in?

Waar het CABR de aanleiding is geweest om een wijzigingsvoorstel in te dienen voor de Archiefwet, gelden de aanpassingen voor overheidsarchieven in het algemeen. De nieuwe wet zou de mogelijkheid bieden om archiefbescheiden waarvan de openbaarmaking niet (tijdelijk) wordt beperkt, voor iedereen digitaal beschikbaar te maken. Dat geldt zelfs voor bijzondere persoonsgegevens, zoals strafrechtelijke gegevens, als er sprake is van een zwaarwegend algemeen belang. Een zwaarwegend belang voor openbaarmaking van het CABR zou kunnen liggen in het maatschappelijk belang voor de bescherming van de democratie. Het is aan de archivaris om deze afweging te maken voor het gehele archief.

De AP is om drie redenen kritisch op het voorstel:

  • Volledig online openbaarmaking is een maximale privacyinbreuk
  • De archivaris krijgt teveel verantwoordelijkheid
  • De wijziging houdt te weinig rekening met de bijzondere beschermingsstatus van strafrechtelijke persoonsgegevens 

Volledig digitale openbaarmaking is maximale privacyinbreuk 

Volgens de AP leidt het online toegankelijk maken van archieven voor iedereen tot een maximale inbreuk op de privacy van betrokkenen. Dat is niet te rechtvaardigen op grond van de AVG. De AP wil daarom dat toegang tot archieven als het CABR beperkt blijft tot mensen die hier voldoende belang bij hebben, en alleen tot die gegevens die zien op dit belang. Daarnaast pleit de AP voor verplichte technische maatregelen om privacy beter te beschermen. Als voorbeelden geeft zij het verplicht stellen van inlogportalen, kopieerverboden en een limiet op het aantal dagelijks te downloaden bestanden.

Teveel verantwoordelijkheid archivaris

Vervolgens vindt de AP het onverstandig om de verantwoordelijkheid van de belangenafweging grotendeels bij de archivaris neer te leggen. Allereerst past het niet in de rol van de archivaris om deze afweging te maken ten aanzien van een geheel archief. Het maatschappelijke belang is hiervoor te groot en de afweging te complex. Ook geeft de wet geen houvast aan de archivaris hoe hij de afweging moet maken. Factoren waar hij rekening mee moet houden zijn vaag opgeschreven. De AP meent dat het wetsvoorstel duidelijker moet zijn over wanneer openbaarmaking mag, en wanneer niet. 

Geen bescherming strafrechtelijke persoonsgegevens 

Ten slotte stelt de AP dat het wijzigingsvoorstel te weinig rekening houdt met de bijzondere bescherming van strafrechtelijke persoonsgegevens uit de AVG. De oude Archiefwet regelde nog dat het beschikbaar stellen van deze gegevens niet zomaar kon, tenzij sprake was van een wettelijke uitzondering (i.e. toestemming of een wettelijke voorziening). De AP stelt dat het voornaamste doel (het CABR openstellen) ook op een minder ingrijpende manier kon worden bereikt. Zo zou de wet voornoemde waarborgen (inlogportalen; kopieerverboden, etc.) verplicht kunnen stellen, of een onderscheid kunnen maken tussen verschillende groepen belanghebbenden. Het is dan ook onnodig om het algemene verbod op openbaarstellen van strafrechtelijke persoonsgegevens uit de Archiefwet te slopen, aldus de AP. 

Wat betekent het wijzigingsvoorstel Archiefwet voor de praktijk?

Toekomst wetsvoorstel onzeker

Eerder merkten wij op dat het lot van dit wetsvoorstel nog niet zeker is. Na de consultatieprocedure en de kritiek van de AP (en overige instanties) vermoeden wij dat het voorstel nog gewijzigd zal worden. 

Cursussen en juridische ondersteuning voor archivarissen

Ons kantoor is gespecialiseerd in Privacy en openbaarheid van (overheids)informatie. In onze cursussen over de AVG en de Archiefwet, gaan wij dieper in op het snijvlak van openbaarmaking van archiefbescheiden en de bescherming van persoonsgegevens. Met praktijkcasussen bieden wij handvatten aan informatiespecialisten hoe zij deze complexe afweging kunnen maken. Dat doen wij onder meer aan de hand van de casus van het CABR. 

Wilt u als archivaris voorbereid zijn op dergelijke vraagstukken, of meer informatie wensen over de belangenafweging tussen openbaarheid en bescherming persoonsgegevens? Neem contact met ons op voor meer informatie over onze cursussen en de mogelijkheden. 

Rik 1

Meer weten over dit onderwerp of een andere vraag?

Wij plaatsen functionele en analytische cookies. Eventueel kunnen derde partijen tracking cookies plaatsen. U dient daar dan eerst mee akkoord te gaan. Lees meer in onze Privacyverklaring